De rechtbank Gelderland moest zich kortgeleden buigen over een zaak waarbij de hoofdsom € 9,- inclusief btw bedroeg. Je leest het goed, het geschil ging over € 9,-, in wezen zakgeld dus. Het ging om een jaarcontract voor een domeinnaampakket.
21 oktober 2017
Dat pakket bestond alleen uit het registreren van een domeinnaam voor de duur van een jaar zonder de opties van e-mail, het maken van een website of hosting.
De klant, een consument, betaalt in het verleden twee maal de jaarfactuur. Hoewel hij er geen belangstelling meer voor had, zegt hij het pakket niet op. In de overeenkomst is geregeld dat het pakket stilzwijgend (voor een jaar) wordt verlengd tenzij de overeenkomst uiterlijk 30 dagen voor de einddatum van de overeenkomst door één van de partijen wordt opgezegd.
Omdat geen van beide partijen heeft opgezegd, stuurt opdrachtnemer de volgende factuur die bij vooruitbetaling moet worden voldaan. De opdrachtnemer vindt dat de overeenkomst voortduurt maar de consument weigert te betalen omdat hij het niet eens is met de stilzwijgende verlenging.
Omdat het geschil om € 9,- gaat zou je verwachten dat je daar onderling uitkomt. Dat was niet het geval. Opdrachtnemer stuurt betalingsherinneringen per e-mail, per brief en per sms maar de consument betaalt niet.
Zeker als opdrachtnemer van zijn zaak is, dagvaardt hij de consument voor de kantonrechter. Gevorderd worden dan uiteraard ook de wettelijke rente, de buitengerechtelijke incassokosten van € 40,- en de gemaakte proceskosten. Totaal een veelvoud van de hoofdsom van € 9,-.
De consument, die het contract al één keer stilzwijgend heeft laten verlengen, verweert zich en doet een beroep op de zogenoemde ‘Wet Van Dam’. De rechtbank organiseert zelfs een zitting om de zaak te bespreken. De uitspraak leert niet of nog gepoogd is de zaak te schikken.
De Wet Van Dam heeft voor een aanvulling van de zwarte en grijze lijst van algemene voorwaarden gezorgd. Bij de zwarte lijst respectievelijk de grijze lijst praten we over bedingen die, voor zover die deel uit maken van algemene voorwaarden in een overeenkomst met een consument, steeds als onredelijk bezwarend gelden respectievelijk steeds vermoed worden onredelijk bezwarend te zijn. De consument kan dan de vernietigbaarheid van de betwiste voorwaarde inroepen.
De voorwaarde die de stilzwijgende verlenging regelt moet volgens de consument vernietigd worden omdat deze ziet op een beding die op de zwarte of grijze lijst staat.
Wat betreft de zwarte lijst geldt dat volgens artikel 6:236 aanhef en onder j BW een beding dat, in geval van een overeenkomst tot het geregeld doen van verrichtingen, leidt tot stilzwijgende verlenging voor bepaalde duur zonder dat de wederpartij de bevoegdheid heeft om de voortgezette overeenkomst te allen tijde op te zeggen met een opzegtermijn van ten hoogste één maand als onredelijk bezwarend wordt aangemerkt.
Wat betreft de grijze lijst geldt dat volgens artikel 6:237 onder k BW een beding vermoed wordt onredelijk bezwarend te zijn als het voor een overeenkomst tot het geregeld doen van verrichtingen (als bedoeld in artikel 6: 236 onder j BW) een duur bepaalt van meer dan een jaar, tenzij de wederpartij na een jaar de bevoegdheid heeft de overeenkomst te allen tijde op te zeggen met een opzegtermijn van ten hoogste een maand.
Zowel voor de zwarte als voor de grijze lijst geldt dat het moet gaan om een overeenkomst met een consument die gericht is op het geregeld doen van verrichtingen (in de contractsperiode). Eén enkele handeling valt daar dus niet onder.
De opdrachtnemer zegt dat het domeinnaampakket slechts bestond uit het enkel registreren van een domeinnaam zonder de opties voor e-mail, het maken van een website of hosting. Dat wordt door de consument niet of onvoldoende betwist.
De kantonrechter vindt daarom dat geen sprake is geweest van een overeenkomst tot ‘het geregeld doen van verrichtingen’, maar van slechts een éénmalige handeling, namelijk de enkele registratie van de domeinnaam. Dit blijkt voor de kantonrechter ook uit de beschrijving van de dienstverlening in de algemene voorwaarden.
Deze beschrijving luidde als volgt:
Opdrachtnemer zal zich als een goed dienstverlener inspannen om zorg te dragen voor:
1. een correcte domeinregistratie;
2. het verlenen van aansluiting op het systeem voor de in de overeenkomst bepaalde diensten;
3. het tot stand brengen en in stand houden van de verbindingen die via het systeem met het internet gemaakt kunnen worden;
4. een passende beveiliging van (persoons)gegevens die opgeslagen worden;
5. opdrachtnemer geeft geen garantie op onbelemmerde toegang tot het systeem en garandeert niet dat er te allen tijde gebruik gemaakt kan worden van de diensten en/of derden producten.
De stilzwijgende verlenging van de domeinnaamregistratie wordt dan ook niet als onredelijk bezwarend gezien en de overeenkomst is daarmee naar het oordeel van de kantonrechter terecht stilzwijgend verlengd. Omdat de consument niet tijdig heeft opgezegd, moet hij van de kantonrechter de factuur van € 9,- betalen. De rente en buitengerechtelijke incassokosten zijn ook toegewezen. Bovendien kwamen daar de proceskosten van in totaal € 260,51 (goed voor bijna 29 jaar domeinnaamregistratie) nog bij.
Aangezien de financiële grens voor hoger beroep niet wordt overschreden, kan hier geen hoger beroep tegen worden ingesteld. In een dergelijk geval zou ik de consument hebben geadviseerd sowieso te betalen en direct op te zeggen zodat de factuur voor het volgende jaar niet meer zal komen.
Opdrachtnemer heeft in zijn algemene voorwaarden duidelijk de mogelijke werkzaamheden gescheiden. Taak 1 is domeinnaamregistratie, de taken 2 tot en met 5, duiden meer op hosting en verbindingsdiensten met andere zaken zoals e-mailverkeer en website.
Als je zoals deze consument dan alleen een domeinnaam registreert (taak 1) maar verder geen andere dienst afneemt, zoals e-mail, hosting of het maken van een website (taken 2 tot en met 5) waarbij wel geregeld activiteiten van opdrachtnemer mogen worden verwacht, dan is er enkel die kale registratie van een domeinnaam en geldt de bescherming van Wet Van Dam niet voor de consument.
Voor de volledigheid, de Wet Van Dam beschermt consumenten tegen onredelijke bedingen, zelfstandigen vallen niet onder die bescherming.
Voor de nieuwsgierigen onder ons laat de gepubliceerde uitspraak helaas niet zien om welke domeinnaam het gaat. De domeinnaam is geanonimiseerd in de uitspraak.
mr Ewald van Sark
Jurist FNV Zelfstandigen