FNV ZZP

Introductie BGL prematuur

Laatste update: 18 april 2016

Introductie BGL prematuur

De introductie van de Beschikking geen Loonheffingen (BGL) is prematuur, biedt geen oplossing voor reële problemen en leidt tot meer administratie. Dat is de reactie van FNV Zelfstandigen op het wetsvoorstel van staatssecretaris Wiebes.

Bestuurlijke keuze: slechte timing
Dit voorjaar heeft het kabinet een Interdepartementaal Beleidsonderzoek (IBO) ingesteld om de beleidsopties ten aanzien van de fiscale en sociale positie van zzp’ers te formuleren. De resultaten van de werkgroep IBO worden op 1 december verwacht. In de Miljoenennota krijgen de resultaten van de IBO-werkgroep een belangrijke plek: nader beleid wordt uitgesteld tot het debat over de resultaten van het IBO is gevoerd.

Minister Asscher komt dit najaar met nadere voorstellen ten aanzien van de Wet Aanpak Schijnconstructies (WAS). Op grond van deze voorstellen wordt duidelijk wat wordt verstaan onder schijnconstructies en hoe die het best aangepakt kunnen worden.
Gezien deze ontwikkelingen is het opmerkelijk dat de introductie van de BGL juist nu aan de kamer wordt aangeboden. Wij sluiten ons geheel aan bij de Raad van State: het wetsvoorstel is prematuur.

Los echte problemen op!
FNV Zelfstandigen erkent dat er - naast de grote groep bewuste, bekwame en bonafide zzp’ers - groepen werkenden zijn die in een ongewenste positie verkeren. In de praktijk zien we dat deze groepen vaak “juridisch” als zzp’er kunnen worden aangemerkt, terwijl ze in de praktijk geen basis hebben om te ondernemen en daarmee in een ongewenste economische afhankelijkheid verkeren. Hun situatie wordt veelal mede ingegeven door de specifieke dynamiek in hun sector. Van post- en pakketbezorgers tot de bouw, van alfahulpen tot tolken bij Justitie: als de zelfstandige wordt onderbetaald, geen onderhandelingspositie heeft en niet zelf kan acquireren kan er geen sprake zijn van gezond ondernemerschap. Om dergelijke problemen op te lossen zullen we zeer specifiek per sector en beroepsgroep naar passende oplossingen moeten zoeken – dat kan een arbeidsovereenkomst zijn, maar ook het versterken van de marktpositie.
Het kabinet schrijft: “Het kabinet wil echte ondernemers ondersteunen en tegelijkertijd schijnconstructies bestrijden opdat die mensen de zekerheid krijgen van een dienstverband.” Het is de afgelopen maanden in de zorg meer dan duidelijk geworden dat kale handhaving niet leidt tot de zekerheid van een dienstverband, maar tot grote hoeveelheden beroepsprocedures en voorheen succesvolle zzp’ers die nu in de bijstand zitten.

FNV Zelfstandigen wil een einde aan de verjuridisering van de handhaving bij de individuele zzp’ers: en pleit voor het creëren van specifieke oplossingen voor specifieke sectoren of beroepsgroepen in overleg met Sociale Partners. Val de nagelstyliste, de kunstenaar, de ICT’er en de interim-manager niet lastig met de problemen in andere beroepsgroepen. Geef de malafide opdrachtgever geen kans – de opdrachtgever die nu fraudeert, kan ook in een digitale omgeving frauderen.

Het grijze gebied: kan IT wat mensen niet kunnen?
In 2010 adviseerde de SER (“ZZP’ers in beeld”) een meer eenduidige definitie van de zzp’er te creëren. De Belastingdienst benadrukt regelmatig dat er een grijs gebied bestaat tussen werknemer en zelfstandige. “Maar”, aldus staatssecretaris Wiebes eerder, “het geven van één definitie werkt niet; je moet altijd naar de individuele feiten en omstandigheden kijken.”

Dat de scheidslijn dun is wordt niet alleen bevestigd door het grote aantal herzieningen bij aanvragen voor een VAR, maar ook uit de jurisprudentie. Zo oordeelde de Hoge Raad onlangs (na twee jaar procederen) dat de Belastingdienst te streng had geoordeeld over de gezagsverhouding tussen operatieassistent en ziekenhuis.

Met de nieuwe webmodule meent de Belastingdienst op grond van maximaal 70 vragen duidelijkheid te kunnen geven over de arbeidsrelatie. Blijkbaar kent het systeem wel een heldere definitie! De wegingsfactoren en beslisregels zijn echter niet bekend. Dit gemis aan transparantie veroorzaakt rechtsonzekerheid en is niet meer van deze tijd. FNV Zelfstandigen bepleit dat de beslisregels van de webmodule, als voorstel tot definitie van de zzp’er, per direct openbaar worden gemaakt. Pas na vaststelling van deze regels in de politiek kan worden besloten of een webmodule de beste manier is om deze regels toe te passen.

De BGL in de praktijk: de vragenlijst van de webmodule
Uitgangspunt zou moeten zijn om te toetsen of een ondernemer volledig voldoet aan alle ondernemerscriteria van inkomstenbelasting en omzetbelasting. Het uitvoeren van meerdere opdrachten per jaar is daarbij een belangrijke indicator. Door nu elke opdrachtrelatie te toetsen op schijnbare kenmerken van een dienstverband zal de zzp’er vaker voor de ene opdracht werknemer zijn en voor de andere opdracht zzp’er. Dat leidt tot dubbele administraties en het mislopen van ondernemersfaciliteiten als de zzp’er hierdoor onder de 1225 uur ‘zelfstandig werken’ komt.

Dit risico wordt versterkt doordat de vragen gedateerd zijn en soms zelfs strijdig met andere wetgeving. Twee voorbeelden (uit de laatste vragenlijst die wij hebben kunnen inzien) om dit te verduidelijken:

Een vraag is: “kunt u zelf uw werktijden bepalen?”. Het antwoord daarop moet voor werknemers nee en zzp’ers ja zijn. Echter, werknemers werken steeds minder tijds- en plaatsgebonden. En zzp’ers maken vaak afspraken met hun opdrachtgevers op welke dagen en tijden ze er zijn. Bij een zzp’er die een training geeft, is het handig als docent en cursisten op dezelfde tijd op dezelfde plaats zijn en een loodgieter kan alleen aan de slag als er iemand is om de deur open te doen. Deze vraag gaat volledig voorbij aan praktijk en realiteit.

Een andere vraag is wie de gereedschappen, hulpmiddelen en materialen koopt. Een zzp’er moet dit volgens de Belastingdienst zelf doen. Echter, al op 1 juli 2012 is de Arbo-regelgeving gewijzigd en is de opdrachtgever op basis van de Arbo-regels verantwoordelijk voor zaken als een veiligheidshelm. Hoewel de wetswijziging ruim twee jaar geleden is doorgevoerd, gaat de nieuwe webmodule hier volledig aan voorbij.

Wij vrezen dat beschikkingen die op grond van dergelijke vragen worden genomen ofwel zullen leiden tot een enorme stroom aan bezwaarschriften en beroepsprocedures, ofwel in de beantwoording van de vragen zullen worden omzeild.

De handhaving in de zorg heeft laten zien dat het geen vanzelfsprekendheid is dat een zzp’er automatisch in loondienst komt als er een VAR-loon wordt afgegeven. Daarmee leidt deze vorm van handhaving wèl tot onduidelijkheid en onzekerheid bij de zzp’er, maar zeker niet tot meer vaste banen.

Conclusie
FNV Zelfstandigen sluit zich geheel aan bij de door Actal en de Raad van State geformuleerde bezwaren.

Wij roepen op de in de BGL-webmodule gehanteerde beslisregels en definities openbaar te maken en (eventueel als onderdeel van het IBO) mee te nemen in de politieke besluitvorming.

Wij roepen op om pas na discussie over de vanuit het IBO voortkomende beleidsopties en na discussie over de WAS te beoordelen op welke wijze de fiscale handhaving vorm dient te krijgen.

Bovenal roepen wij op om de verjuridisering te stoppen: focus op een aanpak die de èchte problemen oplost!